zondag 28 februari 2016

16-02-27-DNNh Noord-Hollandpad Abcoude - Amstelveen

zaterdag 27 februari 2016   Abcoude - Amstelveen   21 km

Vandaag gaan we verder met het Noord-Hollandpad. Het is prachtig weer, alleen blaast er een stevige  zeer frisse wind. We treinen naar Bijlmer, waar we overstappen naar Abcoude. In die trein zit Frits die met ons meewandelt. De aanlooproute door Abcoude is ons bekend. We passeren de 15e eeuwse dorpskerk


en het voormalige gemeente- en polderhuis in waterstaatstijl.


De aanleiding tot de bouw is wel curieus. Voorheen vergaderde men in een horecagelegenheid, maar het werd bij wet verboden te vergaderen op plaatsen waar sterke drank geschonken werd.
We pikken de route weer op bij het riviertje de Winkel. We gaan de snelweg onderdoor en laten de herrie voorlopig achter ons. Aan onze rechterhand verschijnt het fort aan de Winkel.


Het is een van de vele forten van de stelling van Amsterdam. Wat verder komen we langs een afgemeerd schip


en de Proostdijersluis, die verbinding geeft met de Vinkeveense Plassen.  Het hoogte verschil tussen de Winkel en de Vinkeveense Plassen bedraagt 1,70 m. Hier nemen we een koffiepauze, hoewel het er allesbehalve warm is.


Er volgt een leuk, maar soms erg pruttig grasdijkje.


Aan de overzijde ligt een aardig oud boerderijtje (Winkeldijk 28).


Dan mogen we het weiland in om richting het natuurreservaat Botshol te gaan. Als we dat bereiken , komen we er via een hoge brug. We lopen nu dicht langs de Vinkeveense Plassen,


die zich in tegenlicht spiegelen.



Hier zakken we soms diep in de drassige veenbodem weg en passeren diverse hoge bruggetjes.


We zijn blij als er een stuk vlonderpad volgt.


Het zuidelijk gedeelte van Botshol heeft veel open water.


We komen uit op de dijk die Botshol  van de polder Groot Mijdrecht scheidt. De polder ligt 6 meter onder NAP en heeft veel last van zoute kwel. Het zout komt uit oude zeekleilagen waar het grondwater vanaf de Utrechtse Heuvelrug doorheen stroomt.


60 ha heeft men aan de natuur teruggegeven en vormt het natuurgebied Wavershoek dat links op bovenstaande foto zichtbaar is. Er zijn dit jaar al 5 lepelaars neergestreken en ook de zeldzame steltkluut heeft er gebroed. 
In de zuidwestelijke hoek van Botshol ligt fort in de Botshol. Het is niet toegankelijk. .Eigenlijk is er van een fort geen sprake. Alleen heeft men een zandlichaam van zeezand aangebracht. Door de vele schelpen in het zand heeft dat een bijzondere flora. In de gracht broeden elk jaar zwarte sterns.


We gaan weer verhard verder langs het riviertje de Oude Waver.


Bij een brugje zien een bankje aan de overkant. Tijd voor de lunch.


Ook hier is het bepaald niet warm,
Als we verder gaan komt ons een oldtimer tegemoet. Het is een Renault KJ1 uit 1923.


Waar de Waver in de Amstel stroomt ,ligt fort Waver-Amstel. Tegenwoordig is er een wijnhandel gevestigd. Even verder laten we ons door een pontje naar de overkant van de Amstel brengen. Een smal voetpaadje naast de autoweg voert naar Nes aan de Amstel,


, waar de imposante St. Urbanuskerk staat.


Het was de eerste grote opdracht voor Joseph Cuypers, de toen 28 jarige zoon van Pierre Cuypers. De heilige Urbanus is ondertussen gewogen en te licht bevonden. Hij is van de heiligenkalender verwijderd. Het interessante interieur blijft voor ons verborgen. Alle deuren zijn vergrendeld.  In de tuin van de kerk kunnen we wel de sneeuwklokjes bewonderen.


Even buiten Nes a/d Amstel gaan we de Bovenkerkerpolder in. De markering is spoorloos, dus laten we ons door de gps leiden. Het gaat dwars door sompig en bultig weiland.


Bij een groepje bomen groeien ook nog veel sneeuwklokjes. Wat later steken we een water over en komen we op een landstrook tussen twee voormalige molengangen.


Tot de eerste wereldoorlog zorgden een aantal molens dat het overtollige water van deze diepliggende polder op de Amstel kon worden geloosd.  Met de komst van dieselmotoren zijn de molens verdwenen. We komen uit op de verharde Middenweg. Het is nu uit met de pret. We lopen kaarsrecht naar de bebouwing van Amstelveen, die al een flink stuk van de polder heeft opgeslokt. Daarna zigzaggen we door nieuwbouwwijken en gaan dan tegen de beschrijving van het boekje toch nog een weiland in, maar dan wel langs een kaarsrechte asfaltweg, waar veeteelt gehouden wordt op stukken grond die nauwelijks weide genoemd kunnen worden. Op de achtergrond is de stedelijke bebouwing nadrukkelijk aanwezig.


Een eenzame reiger kan deze indruk niet verdrijven.


Wij lopen naar de bushalte van de tangentlijn 300, die ons snel naar station Bijlmer brengt. Een frisse, maar zonnige wandeling met een wat deprimerend einde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten