vrijdag 8 juni 2018

18-06-02-MNZ Oosterscheldepad Tholen


zaterdag 2 juni 2018  Sint Philipsland - Gorishoek   25 km

Het is al weer bijna een jaar geleden dat we een stuk Oosterscheldepad liepen. Tijd voor een vervolg. Met overstappen in Arnhem en Roosendaal treinen we naar Bergen op Zoom. daar nemen we de bus naar Oud-Vossemeer. Als we daar uitstappen staat onze haltetaxi al klaar, die ons naar Sint Philipsland brengt. Het weer is grauw en nevelig. Wij lopen langs  de Krabbegatschorren westwaarts, Sint Philipsland achter ons latend.


Wat ons opvalt is dat we geen enkele markering van het Oosterscheldepad kunnen ontdekken en dat zal dit weekend vele malen gebeuren. We lopen door tot het Rijn-Schelde-Verbindingskanaal dat we een stuk zuidwaarts volgen.


Aan de andere kant ligt de Rammegors er heel somber bij. Wat later gaan we een zijwaartse beweging maken om het natuurgebied Het Slijkgat te bezoeken. Koeien leven hier als god in Frankrijk.



We lopen door tot de Krabbegatschorren. Daar is bij aan windscherm een vogeltelpunt. Veel vogels zijn hier nu niet te zien. Aan de overkant ligt Sint Philupsland.


We lopen weer terug en slaan halverwege een leuk paadje in naar het vogelkijkscherm aan het Stinkgat.


In het water zien we wat bergeenden foerageren.


We keren op de route terug en doorsnijden de Hollare polder. Op Tholen worden ook veel bloemen verbouwd als zaadteelt. Dat geeft kleur aan het landschap.



Tholen is ontstaan uit diverse eilandjes, waar stroomgeulen tussen waren. Een ervan was de Pluimpot, In 1556 werd die aan de kant van het Krabbegat afgesloten. Aan de Oosterscheldekant gebeurde dat pas in 1957, zodat vanaf toen Scherpenisse  geen getijdehaven meer had. Wij lopen naar Scherpenisse over de oude dijken van de Pluimpot met namen als Kleine Dijk, Mallandse dijk en Stoofdijk. De dijken slingeren bijna eindeloos door het landschap.


Ook hier zijn de velden soms fraai gekleurd.



Dan komt de betonnen watertoren uit 1922 van Scherpenisse in zicht.



Scherpenisse is de oudste en kleinste plaats op Tholen. Het bezit een raadhuis uit 1594.



 De kerk staat helemaal buiten het dorp, omdat na een grote brand in 1538 het dorp op een andere plaats weer herbouwd werd. De kerk (in de huidige vorm van omstreeks 1540) bleef op de zelfde plaats , waarschijnlijk vanwege het erbij behorende kerkhof. Het werd een monumentale kerk. De toren werd niet afgebouwd. Al tijdens de bouw begon hij scheef te zakken. Later werd het dwarsschip en het koor gesloopt, maar het ziet er nog indrukwekkend uit. Een stuk muur van het dwarsschip staat nog overeind.

We lopen Scherpenisse uit richting Oosterschelde. Onderweg passeren we leuke boerderijtjes.

Vlak voor de Oosterschelde komen we bij de voormalige Scherpenissepolder. Deze is teruggegeven aan de natuur en nu een rijk vogelgebied. Helaas is het erg somber weer voor goede vogelwaarnemingen. We herkennen wel zomertalingen. Langs de Oosterschelde gaat het nu naar de camping de Zeester waar we een bouwwagen voor onze overnachting hebben. We droppen hier onze overbodige bagage en lopen weer verder om het aantal kilometers morgen niet de pan uit te laten rijzen. We maken een rondje om en door het natuurgebied  De Pluimpot, die hier in 1957 definitief van de Oosterschelde is afgesloten.



We zien op enige afstand bergeenden, wilde eenden en tafeleenden.



 Ook staan er op diverse plekken lepelaars.


We steken de Pluimpot over


en lopen door een bosstrook naar de Oosterschelde. De schorren zijn drooggevallen, waardoor we een bocht nu kunnen afsnijden. Op de schorren zijn fraaie stillevens.



Weer terug gaan we naar Brasserie de Zeester dat buitendijks gelegen is. Vanaf de dijk heeft het geen enkele uitstraling, maar aan de Oosterschelde-kant is het een leuke strandtent, waar het goed eten is tegen een redelijke prijs. Het is er druk, maar we vinden een plekje op het beschutte terras.
Ons onderkomen in de wagen voldoet uitstekend: lekkere zitbank, eettafel, een prima keukentje met koffie en thee en uitstekende bedden. Alleen kinderachtig dat je voor wifi 5 € moet betalen.

zondag 3 juni 2018   Gorishoek - Sint Annaland   28 km

We hebben een prima en rustige nacht. Om 6 uur staan we op want we hebben nog een pittige tocht en een lange terugreis voor de boeg. Na het ontbijt en de afwas nog een blik in de wagen


en daarna op pad.


We volgen voorlopig de Oosterscheldedijk. Op de zeewering zien we graspiepers.


Verder veel wilde eenden, bergeenden, tureluurs en scholeksters, Na een aantal kilometers gaan we de Noordpolder in, eerst nog onverhard dwars door het boerenland tot een kampeerboerderij aan de Heideweg. We passeren een rij windmolens


Voor de windmolens staat een afschrikwekkend bord, waarvan de bedoeling niet duidelijk is (en komen hier geen Nederlanders?).


Het is flink asfalt stampen op weg naar Stavenisse, het wordt steeds warmer en schaduw is er spaarzaam. Onderweg zien we een gele kwikstaart in een tarweveld zitten.


In Stavenisse passeren we de kerk, waaruit forse orgelklanken stromen.


De oude kerk is in 1910 afgebroken en vervangen door een grotere. Alleen de kerktoren uit 1672 is blijven staan. Aan het andere eind van het dorp staat het voormalige gemeentehuis.


Langs de haven wandelen we naar de Oosterschelde.


Het havenkanaal is afgesloten met een keersluis, zodat bij hoogwater het dorp beschermd kan worden. Wij lopen verder onder langs de dijk, We zien wilde eenden chillen op een bedje van zeewier.


Ook staat hier de zeewinde mooi te bloeien.


Als we na camping Quak weer het "binnenland" ingaan is de route verlegd via asfaltwegen. Eigenwijs als we zijn proberen we de oude grotendeels onverharde route te volgen. We nemen de hoge begroeiing van de dijk voor lief en zijn dankbaar voor bomen die schaduw geven.


Bovendien zijn we getuige  dat moeder haas


haar kinderen het veld op stuurt voor een potje ravotten.


We passeren het Diepe Gat, wat een wiel van een dijkdoorbraak is.


Iets verderop bij een sluisje stuiten we op een eerste barrière.


Gelukkig is deze te nemen. Na een volgend stuk asfalt volgt weer een mooie onverharde dijk. maar na een tijdje is deze  afgezet en staan er koeien en paarden achter. Wij keren op onze schreden terug  en zwichten voor het asfalt. In een akker zien we nog wel een fraai bloemkunstwerk.


We raken ondertussen aardig verhit en daarom is een vervallen bouwwagen met een hoop rommel in dit geval een zegen. Er liggen een paar stoelen en de wagen geeft schaduw, zodat we hier aangenaam kunnen lunchen

met uitzicht op de bloemen.


We lopen daarna weer naar de zeedijk om naar de haven van Sint Annaland te gaan. Het ligt er vol luxe schepen en aan de wal staan dure auto's meerdere Rolls Royces, vele Porsches enz. Verder is het er een dooie boel. Nog verlatener is het dorp Sint Annaland zelf. De vele horeca is allemaal dicht. Ja zo hoort dat hier op zondag. Gelukkig vinden we een voormalig Chinees restaurant, waar de Chinese eigenaren een snackbar zijn begonnen. Zo komen we nog aan een blikje drinken. Een reguliere bus (1x per twee uur) brengt ons terug naar Bergen op Zoom. Tholen zit er op, met de Pluimpot als hoogtepunt. Veel verhard en abominabele markering.