zondag 28 augustus 2016

16-08-27-DNNh De Kerf

zaterdag 27 augustus 2016

We besluiten vandaag de hitte van het binnenland te verruilen voor de relatieve koelte van de kust. Tegelijkertijd kunnen we een Capitoolwandeling afvinken. We starten in het centrum van Bergen, De beschrijving maant ons vooraf een toegangskaart voor de duinen bij de VVV te kopen, maar de VVV in het centrum is verdwenen. Een dorpsbewoner zegt dat er een automaat bij de ingang staat. We beginnen met een wandeling door oude charmante straatjes en lopen daarna over schaduwrijke boslanen.


We komen langs de achterzijde van de Oude Hof, een middeleeuwse versterkt huis, dat later door de Spanjaarden werd verwoest. Hierna is de plek geruime tijd in gebruik gebleven als buitenplaats. Vervolgens komen we in het weidegebied van de Philisteinse polder, die we over een smal asfaltweggetje doorkruisen. Op enige afstand zien we de Philisteinse molen liggen.


In de berm groeit wilde cichorei


en in de sloot staan zwanenbloemen.


Op een balk van een bruggetje zit een hele rij boerenzwaluwen, die steeds af en aan vliegen.


Bij de ingang van het duinreservaat blijkt geen automaat te staan, ook geen woord waar je wel aan kaartjes kan komen. Jammer dan. Nauwelijks hebben we 100 m afgelegd of een horde paarden snelt ons voorbij.


Als we uitzicht krijgen, zien we de voormalige villa Russenduin met toren in de verte liggen.


Door de duinen lopen we naar Bergen aan zee. Daar aangekomen herkennen we al van een afstand een beeld van Niek Jonk. Het blijkt Jonas en de Walvis te zijn.


Op het strand worden we begroet door talloze Ola-windschermen.


We lopen langs de vloedlijn naar het noorden. Er is altijd wel wat te zien. zoals een kompaskwal.


Het beestje wordt als man geboren en sterft als vrouw en heeft ook nog eens tentakels van 5 m lang.
Ook ligt er een skelet van een krab.


Hoe verder van Bergen aan Zee, hoe rustiger het op het strand wordt.


Hier verschijnen steeds meer meeuwen, zoals de kokmeeuw in winterkleed.


Jonge meeuwen zijn moeilijker te herkennen. Ze doen er vier jaar over om hun volwassen uiterlijk te krijgen en jonge vogels van verschillende soorten lijken soms heel veel op elkaar.



Bij De Kerf  verlaten we het strand. De Kerf is een natuurontwikkelingsproject uit 1997, waarbij de duinen aan de zeezijde werden doorgraven. Bij hoogwater kon zo kalkrijk zeezand in de achterliggende kalkarme duinen spoelen. Dit is ook zeker gelukt. Wel is door duinvorming de opening weer grotendeels gedicht.


In de vallei erachter vallen massa's bloeiende parnassia en talloze uitgebloeide orchideeën op. De er op volgende kalkarme duinen zijn vaak met saai dennenbos beplant, maar er zijn ook fraaie heideveldjes.


Het laatste stuk door de duinen lopen over een breed zeer druk fietspad tot aan Duinvermaak. Daarna gaan we verder over de 1,5 km lange Sparrenlaan.


Je zou het niet zeggen, maar het is een rijksmonument. Het behoort tot  tuin- en parkaanleg van de Oude Hof  (1650-1700). De bomen hebben voor een groot deel het loodje gelegd en onlangs zijn weer een groot aantal jonge exemplaren gepoot. Nederlanders zijn vreemde snuiters. Met kerst zingen we "o, dennenboom", maar zetten een een sparrenboom in huis. Hier in Bergen staan dennen langs de sparrenlaan. We eindigen onze wandeling bij de Ruïnekerk.




De verwoesting kwam dit keer van de Geuzen, die hiermee wilden voorkomen dat de Spanjaarden de kerk in bezit kregen. Hij is later gedeeltelijk herbouwd en nog weer later heeft men er een "Zaans huisje" tegen aan gezet als entree.



Het was heerlijk weer en een grotendeels mooie wandeling.

woensdag 24 augustus 2016

16-08-20-DNNb Groote Peel

zaterdag 20 augustus 2016   17 km

In de afvinkreeks Capitoolwandelingen is de Groote Peel aan de beurt. Hiertoe treinen we naar Weert. Bij de overstap blijkt de vorige trein uitgevallen en onze trein is ook nog veel te kort. Resultaat is een soort veevervoer in het halletje. In Den Bosch weten we gelukkig een zetel te veroveren. In Weert nemen we de bus richting Venlo en stappen uit wanneer de busroute de wandeling voor de eerste maal snijdt. Van de bushalte bij de Oude Dijk lopen we direct de natuur in.


 De heide bloeit schitterend en het weer wordt gedomineerd door dreigende luchten en felle opklaringen. Langs de grens van het natuurreservaat lopen we naar het bezoekerscentrum De Pelen. Vlak ervoor worden we nog wel gewaarschuwd.


Het bezoekerscentrum is een ecologisch gebouw met een grote winkel en horeca. Verder kan men er allerlei arrangementen boeken. Sinds de overheid Staatsbosbeheer flink heeft afgeknepen, proberen ze meer inkomsten te genereren. Wij gaan de Groote Peel in. Al snel passeren we een fraaie zetel.


Op diverse plaatsen komen we grote grazers tegen.


Op grote stukken van de route zijn knuppelpaden


en water is altijd dichtbij.


Ook komen we langs een uitzichttoren, vanwaar we iets verder kunnen kijken


en een schaapskudde ontwaren.


Iets verder staat een plaggenhut. Lilian probeert of hier te slapen is.



Als we ter hoogte van het water "Aan 't Elfde" zijn, begint het te regenen en moeten we wat gaan aantrekken.


We komen ook andere grazers tegen.


Gelukkig is de regen dan al overgetrokken.


Bij het "Eeuwig Leven" gaan we de Groote Peel weer verlaten.


Er rest ons nog boerenland en een flink stuk bos. Als we bij de bushalte komen, zijn we aan de vroege kant en stelt Lilian voor naar de volgende halte te lopen. Die blijkt verder dan verwacht. Na 1,5 km zijn we nog net op tijd. De Groote Peel is vijf maanden (niet in de vogelbroed- en vogeltrektijd) open.
Met de bloeiende heide is het een mooie periode.

maandag 22 augustus 2016

16-08-13-DNZh Ooievaarspad

zaterdag 13 augustus 2016    20 km

Wij maken weer en wandeling met Arnold, die de boerenlandwandeling  Ooievaarspad vanuit Nieuwpoort heeft uitgezocht. Wij treinen naar Gouda en gaan met de bus naar Schoonhoven en beginnen aldaar met de wandeling. Via de parkachtige wal aan de oostkant lopen we naar het veer over de Lek. Aan de overzijde is het nog een stukje lopen naar Nieuwpoort. Aan de buitenkant van de vesting lopen we naar de Lek. De kattenstaarten staan hier mooi te bloeien.


Via een doorgang in de vestingwal komen we het stadje in, dat al in 1283 stadsrechten kreeg.


Spoedig staan we voor het stadhuis.


De bouw in 1697 is te danken aan het rampjaar 1672. Toen werd in allerijl de Hollandse waterlinie ingesteld. Na het rampjaar werd de waterlinie (van Muiden tot Gorinchem) aanmerkelijk verbeterd. In Nieuwpoort kwam een sluis die de Alblassewaard met water van de Lek kon doen onderlopen. Omdat men wel aanvoelde dat de boeren daar in zo'n geval niet blij mee zouden zijn, bouwde men in 1697 een nieuw stadhuis over de sluis heen, zodat die goed beveiligd was. Het oude stadhuis werd afgebroken. Aan de achterzijde van het stadhuis is een waag aangebouwd,


Na een koffiepauze aan de zuidkant van het stadje, gaan we het boerenland in.  Na enige tijd komen we bij de Westermolen uit 1652, die met twee andere molens de polder Langerak droog moest houden.

Iets verder staat de Goudriaanse molen uit 1779 die de polder Oud-Goudriaan moest bemalen.



Wij gaan even Goudriaan in. Het 17e eeuwse regthuys heeft afgehakte wapenschilden boven de deur.


In de Franse tijd werd er belasting geheven over aangebrachte wapenschilden, waar de toenmalige eigenaar geen trek in had.


Het huis staat momenteel te koop.

De 15e eeuwse kerk is in 1751 ingrijpend gerestaureerd. De dwarsarmen werden grotendeels afgebroken om met dat materiaal het schip weer goed te kunnen opbouwen. De toren is al lange tijd een zorgenkind. Hij staat uit het lood en dreigt van de terp af te glijden.


Wij vervolgen onze route langs het water de Dwarsgang. 


We zien grote hoeveelheden blaasjeskuid bloeien.



Op een gegeven moment moeten we haaks het weiland in, maar het is niet duidelijk waar,  Via een dam gaan we in zuidelijke richting, maar als we bij een boerenbetonweg uitkomen blijkt dat we niet juist gelopen hebben. De weg komt bij een boerderij uit. Ook hier is niet duidelijk hoe het verder moet. Zodra we het erf af zijn belanden we in theetuin De winde. Zo'n fraai plekje kunnen we niet voorbij lopen en even later zitten we aan het fris/thee/koffie en gebak.


Bij wat minder weer kan er ook overdekt gezeten worden.


Hierna zijn we spoedig bij de Achterlandse molen uit 1596, die de polder Liesveld bemaalt.


Het scheprad zit aan de buitenzijde.


We passeren nog drie molens, voor we Groot- Ammers bereiken. We lopen langs de zuidkant en gaan daarna onverwacht weer het boerenland in, waarna een lang weideperceel overgestoken moet worden.

Als we aan het einde op een weg komen gaan we de mist in. Door de summiere beschrijving, blijkt achteraf dat we een afkorting nemen in plaats van de route langs het voormalig ooievaarsdorp Liesveld. Wel komen we nu langs een restant van het vroegere zeer grote kasteel Liesveld. Het kasteel werd in 1042 gesticht en was is 1733 nog in volle glorie. Wat er daarna gebeurd is is duister,


Op de Lekdijk aangekomen rest ons nog deze tot het veer af te lopen. Langs de oever staat nog veel industrie, maar uiteindelijk zien we het silhouet van Schoonhoven opduiken met zijn kenmerkende watertoren en kerk.


Na het oversteken van de Lek betreden we Schoonhoven via de Veerpoort uit 1601. Het is de enig overgebleven stadspoort. Het bouwsel op de poort heeft dienstgedaan als ziekenzaal.



Aan de Haven van Schoonhoven koopt Lilian een pak hooi voor onze logee Vlekje. Daarna hebben we nog tijd om de 13e eeuwse Grote kerk  te bekijken. Het bouwsel is in de loop der eeuwen veelvuldig verbouwd vanuit een kruiskerk. We komen binnen door het driebeukige hallenkoor.


Het koor is afgescheiden van het dwarsschip.


 In de afscheiding bevindt zich een renaissance oksaal met fraai houtsnijwerk, dat bij de reformatie tot herenbank is getransformeerd.


Het dwarsschip is de ruimte waar de kerkdiensten worden gehouden.


Het orgel is uit 1975. De orgelkas van het oude orgel staat nu in de Laurenskerk te Rotterdam.
Achter het orgel is nog een deel van het schip. Hier hangen een paar enorme wandborden. Een tien- geboden-bord



en een bord van het schuttersgilde.


Er is ook modern glas-in-lood


en oude grafstenen. De in 1546 geboren burgemeester moest het bij zijn overlijden op 90 jarige leeftijd doen met een graf(steen) die daarvoor al tweemaal gebruikt was.



De toren van de kerk was hier ook een groot probleem. In de vorige eeuw moest de kerk sluiten omdat de toren om kon vallen. Men heeft toren met veel beton(nen palen) weer gestabiliseerd. Hij staat wel 1,5 m uit het lood.

Een wandeling die gedeeltelijk welbekend was, maar ook nieuwe stukken liet zien