maandag 16 maart 2015

15-03-15-DND Wandelen langs de Drentse Aa en Anloo

zondag 15 maart 2015   19 km fietsen   14 km wandelen

Ondanks het minder mooie weer besluiten er vandaag op uit te gaan. Het wordt de Drentse Aa van Capitool.  We nemen de trein naar Assen en stappen daar op de vouwfiets. Er staat een gure wind en we zijn ook genoodzaakt onze regenbroek aan te trekken. In Taarlo zien we een paartje dat gelooft in de lente.



Hierna fietsen we door het dal van de Drentse Aa naar Oudemolen,


waar we onze fietsen aan een hek vastmaken voor we onze wandeling starten.
In het natuurgebied lopen diverse grazers, waarbij de Schotse hooglander steeds weer het meeste opvalt.



Nadat we de Gasterense Duinen zijn doorgestoken volgen we het dal van het Anlooer Diepje.


Vlak voor Anloo steken we dit stroompje over.


Als we in Anloo aankomen, klaart het heel even op. Mooi moment om de vroeg 11e eeuwse romaanse Magnuskerk, tevens oudste kerk van Drenthe te fotograferen.


De toren is van eind 11e eeuw en het gotische koor werd in de 14e eeuw gebouwd. Merkwaardig genoeg heeft men bij de laatste restauratie de gotische spitsboogvensters door romaanse vensters vervangen. De deur van de kerk blijkt open te zijn. De man van de kosteres is bezig de laatste koffiekopjes af te wassen. Wij kunnen even snel een blik in de kerk werpen. Er zijn muurschilderingen uit de 13e en de 14e eeuw.




Geheel bovenaan is Maria in een bed zichtbaar, terwijl ze o.a. omringd is door een os en een ezel.
Het bijna 300 jaar oude orgel is onlangs teruggerestaureerd naar zijn oorspronkelijke staat. Het werd destijds geschonken door de rijke familie Ellents en dat moesten alle bezoekers weten.


Voor we nog verder kunnen rondneuzen, wordt meneer voor het eten geroepen en dienen wij ook te verdwijnen. Wij zetten koers naar het Kniphorstbos, waar we het eerste hunebed kunnen bewonderen.


Een stukje verder hebben we moeite om een stuk wel erg vochtig pad met droge voeten te kunnen afleggen.


Hierna komen we langs een iets minder fraai hunebed.


Vervolgens lopen we nog een stuk langs het Schipborgerdiep en het Oudemolenschediep.


In Oudemolen draaien de wieken van molen De Zwaluw.


Zo komen we weer bij de fietsen terug. Ondanks het kille weer een geslaagde wandeling.
In de herberg van Loon houden we even rust voor een warme drank met gebak. Het aangeprezen huisgemaakte gebak komt zo uit de vriezer en is klef, ondanks dat het is opgeleukt met chocola, muntblaadjes, schijfjes appel, een druif en een stuk rot kakifruit. Geen aanrader. In de trein kunnen we met moeite een zitplaats veroveren. Half Nederland reist gratis met het boekenweekgeschenk. Wij lezen andere literatuur.

maandag 2 maart 2015

15-02-27-DFr Sneeuwschoenwandelen in de Ecrins

vrijdag 27 februari  2015   Naar Rotterdam

Omdat onze trein morgen om 6.25 uit Rotterdam vertrekt, hebben we in Rotterdam een kamer in het easy-hotel gereserveerd. ' s Avonds vertrekken we voor deze logeerpartij. Op de 6e verdieping mogen we vertoeven.  Het ziet er allemaal keurig uit, maar de airco maakt wel erg veel lawaai en is niet uit te zetten. Ook lopen er 's nachts luidruchtige (aangeschoten?) dames over de gang.

zaterdag 28 februari 2015

Rotterdam - Chambery - Oulx -Briancon - L' Argentiere - Champcella

Om 6 uur verlaten we ons hotel weer, terwijl straal bezopen gasten binnenvallen. De Thalys brengt ons zonder problemen naar Chambery, waar we geruime tijd mogen wachten op de TGV naar Milaan. Wij gaan niet zo ver. Wel worden we uitgebreid geïnspecteerd door de politie. In Oulx vinden we snel de bus die ons door de bergen, ook weer met politiecontrole, naar Briancon zal brengen. Daar kunnen we nogmaals lang wachten op de trein naar L'Argentiere, die ook nog 20 minuten vertraging heeft. Als we daar eindelijk aankomen staat Jos van de Bergerie met zijn Landrover al klaar om ons naar Champcella te brengen. Twee andere gasten (Flip en Inge) worden in een café opgehaald. Zij zijn naar naar Marseille gevlogen, daarna met de bus naar Aix-en-Provence en vervolgens 4 uur met de trein. In totaal nauwelijks sneller dan wij. Ons onderkomen uit 1667 is heel sfeervol. Karin en Jos, een Nederlands stel runnen de Bergerie sinds 1994 en het loopt vanaf het begin goed. De andere gasten (3 stellen: Flip en Inge wonen op een woonboot in Amsterdam, Flip werkt in de psychiatrie en doet ook aan theater, Inge werkt als doktersassistente; Hanneke en Ser zijn een huisartsenechtpaar uit Weesp en Roland en Truus uit Malden, Roland werkt met digitale bestanden bij Kluwer en Truus werkt bij de trombosedienst.) zijn plezierig gezelschap en over het eten en onze kamer hebben we niets te klagen.

zondag 1 maart 2015   Bois de Bouchet   10 km   600 m stijgen en dalen

Het ontbijt is een goede mix van een Frans en een Hollands ontbijt. We kunnen ook zelf ons lunchpakket samenstellen. We kiezen een sneeuwschoenroute uit, waarna Jos de gps-track op onze Garmin zet. Het is mooi weer, dus snel naar buiten. Voor de Bergerie is het sneeuwvrij, maar via een ijzig zijstraatje belanden we snel in de sneeuw. Beneden ons zien we het romaanse kerkje van Champcella liggen.


Iets hoger komen we bij een kruis dat we deze week nog een aantal malen zullen passeren.


We gaan stug verder omhoog. Als we in le Collet aankomen, vinden we daar de perfecte plek voor de koffiepauze.


Meer dan 1 huis en 1 ruïne kunnen we hier niet ontdekken.


  Wat verder komen we in het gehucht Seyes. Hierna gaat het flink omhoog en kunnen de sneeuwschoenen aan. Als we op hoogte zijn gaat het minder steil en lopen we zo nu en dan door maagdelijke sneeuw.


We zien Seyes al weer diep onder ons liggen.


We naderen het punt dat in de beschrijving een mooie lunchplek wordt genoemd.


Er is inderdaad volop zon en uitzicht.


We gaan toch iets lager zitten, zodat we geen last hebben van de wind.  Als we willen vertrekken komen Flip en Inge aanzetten en nemen onze plek over. Iets verder begint onze afdaling. In een steile helling is het zoeken naar de beste afdaling, maar het gaat allemaal goed. Daarna lopen we via duidelijke paden verder omlaag. Omdat het nog vroeg is gaan we nog naar het dorpskerkje kijken.


Helaas is de kerk gesloten, maar aan de buitenkant zijn nog weel een paar aardige details.



Terug in de Bergerie staat er thee met een koekje klaar en kan je in een heerlijke fauteuil voor het open haardvuur zitten. Als we dan nog dorstig zijn, staan er diverse Belgische biertjes gereed in de koelkast.

maandag 2 maart 2015   Cabane de Tramouillon en Bouflard   17 km   900 m stijgen en dalen

Vandaag geen stralende dag. We beginnen zoals we gisteren teruggekomen zijn via de GR 50 en volgen die tot le Ponteil. Bij de dorpsoven vinden we een geschikte plek voor de koffie.


Van hier volgen we het dal van de Torrent de Tramouillon. We zijn nauwelijks op weg of stuiten op twee lawines die over het pad zijn gerold.


Nadat we deze zijn gepasseerd komt er nog een derde naar beneden geraasd. Na enige momenten van twijfel besluiten we toch door te gaan. Als onze route een scherpe bocht naar links maakt, zien we een mooi spoor omhoog en besluiten dit te volgen.



Als we op een geleidelijker stijgend stuk pad uitkomen klaart het op en zien we voor ons een schitterend schouwspel. We zijn hier bijna op 2000 m. Een goeie tip van Jos!


Voor onze lunch nestelen we ons tegen de cabane, heerlijk in de zon, maar niet in de luwte.


Als we het dal uitkijken zien we de bergen aan de andere zijde van het Durancedal.


We gaan weer terug licht dalend naar de beschreven route. maar via een hoger gelegen pad. De zon is weg en er valt wat sneeuw en hagel. We zien een fraai verschijnsel: geen spontane sneeuwbal, maar een sneeuwwiel!


Als we op de route uitkomen mogen we weer omhoog door bos, waarna  we een soort U-bocht maken rond een keteldal, waarbij we eerst uitzicht hebben.


Beneden ons ligt het gehucht Bouflard; daar komen we nog, maar voorlopig blijven we op hoogte.


Wij lopen door naar een uitzichtpunt op 1711 m. De lucht is grauw en het is er stervenskoud.


Op een sneeuwvrij plekje in het bos nuttigen we een mandarijntje en gaan dan snel verder naar beneden tot we in Bouflard komen.


Aan het eind van dit plaatsje steken we een sneeuwveld over en gaan dan flink omlaag via een klein paadje tot we in de omgeving van le Ponteil komen. Het laatste stuk naar de Bergerie is ons bekend. Lilian houdt hardnekkig de GR-50 aan, terwijl ik een stuk autoweg (zonder auto's) volg.

dinsdag 3 maart 2015    Costes du Plan   18,5 km   830 m stijgen en dalen

Vandaag heeft Jos ons een voorstel gedaan. Het is prachtig weer en via de GR 50 gaan we richting Pallon. Jos heeft ons op het hart gedrukt vooral even van het pad af te gaan om een blik in de  Gouffre de Gourfouran te werpen.  Daar aangekomen staan we voor een gapende afgrond. Heel in de diepte stroomt een riviertje dat links uit een donkere spleet met watervallen naar beneden stort.


Helaas zijn de licht-donkercontrasten in deze kloof erg groot. Als we bij het plaatsje Pallon de brug zijn overgestoken, beginnen we spoedig  aan de beklimming van een graat. De paadjes zijn gedeeltelijk verijsd, wat voorzichtig lopen betekent.  Al spoedig kunnen we het zonovergoten dal inkijken.


Na een poosje klimmen komen we in een stuk met rotsblokken. Er door en ook er onderlangs worstelen we ons verder omhoog.




Hierna volgt een zonnig stukje door open bos met uitzicht.



Jos had al gewaarschuwd voor een kleine lastige passage, maar als we hier aankomen ziet het er alles behalve gemakkelijk uit. Een paar meter rotswand is compleet verijsd en de minimale treetjes hierin zijn spekglad. We zijn dan ook blij hier zonder kleerscheuren boven te komen, temeer daar aan de benedenkant nog een afgrond lonkt. Hierna gaat het weer fraai verder. Op het laatst dalen we af naar de Clot du Puy.


Nu mogen we stijgen naar het hoogste punt van de wandeltocht op bijna 1800 m waar ook een uitzichtpunt moet zijn. Op het bewuste punt aangekomen blijkt het uitzichtpunt nog een stuk van de route af te liggen. Tot nu toe hebben we zonder sneeuwschoenen gelopen, naar het uitzichtpunt blijkt dit geen goed idee.


Op het bewuste punt houden we onze lunchpauze.


Als we opstappen zijn we verstandiger en trekken we de sneeuwschoenen aan.


Eerst lopen we door diepe sneeuw door een bos, als we daar uit komen, maken we een wijde boog langs afgronden, voor we naar Les Roberts kunnen afdalen.


Via allerlei kleine paadjes dalen we verder af en nemen dan een pad in de flank van de helling, dat heerlijk in de zon ligt.


Aan het eind verdwijnt de zon en komen we op het pad waar we vanmorgen begonnen. Rest ons dezelfde weg terug te lopen. Omdat we nog 100 m moeten stijgen valt dat niet mee na deze toch wel vermoeiende dag. Gesloopt kom ik de Bergerie binnen.

woensdag 4 maart 2015    Naar Dormillouse   15,1 km   850 m stijgen   180 m dalen

Vandaag gaan we op pad voor een tweedaagse tocht en alle gasten doen mee. We lopen met z'n tweeën en om niet over de autoweg te hoeven lopen gaan we eerst omhoog naar het ons bekende kruis en traverseren dan de helling over een klein pad.


Via het plaatsje La Serre dalen we af naar camping in het erachter gelegen dal.
We volgen de GR 50 weer. Veel zon kunnen we hier niet verwachten en de route loopt grotendeels over een verlopen langlaufloipe tot Freissinières, waar de GR 50 afbuigt.  Daarna volgt een veel aantrekkelijker pad naar les Viollins. Vlak voor het plaatsje, waar een groot deel van de winter geen 

zon komt en de jongste inwoner 84 jaar is, steken we de beek over.






Boven het dorp bevinden zich diverse enorme ijswatervallen.


Omdat het regent zoeken we beschutting bij de dorpswasplaats om te lunchen.


De huizen zijn hier nog authentiek.


Net als we willen opstappen komt de rest van ons gezelschap er aan, maar omdat er een handschoen verloren is, zijn we spoedig weer uit elkaar. We moeten het dal uitlopen tot het eind.


Overal zien prachtige ijsformaties.


We hebben instructies gekregen aan het eind van het dal rechts van de rechtse waterval te blijven. We zien geen waterval, maar wel een brug die ons aan de rechterkant van het water brengt. Aan de overkant staat ook een bordje sentier d' hiver en het verzoek hier alleen op sneeeuwschoenen te lopen.


De stijging gaat moeizaam. Grote delen van het pad zijn verijsd en regelmatig gaat een stuk door de rotsen, waarvoor je de sneeuwschoenen weer uit moet doen.


Tot onze verbazing zien we de anderen van de groep aan de overkant van de beek via de zomerroute omhoog komen, die ons afgeraden is wegens lawinegevaar. Nu zijn er de dag tevoren diverse lawines naar beneden gekomen en die passeren is ook geen lolletje.


We zijn blij als we de eerste huizen van Dormillouse zien en een bord refuge.


Helaas blijkt deze gesloten; we moeten nog een stuk verder omhoog naar de voormalige school naast de kerk. We blijken toch nog in 50 minuten boven gekomen te zijn.


De patron heet ons hartelijk welkom en vertelt dat hij al de zesde generatie is die hier woont. Hij is met zijn hond de enige permanente bewoners van dit dorp dat ooit 500 inwoners had. Doordat het dorp in het nationale park ligt, moet alles bij het oude blijven en mag er b.v. geen goederenlift aangelegd worden. We warmen ons aan een grote mok thee. Regelmatig verschijnen er vogels die op het voer afkomen dat op de vensterbank staat.



Omdat er nog een groep van 8 Nederlanders binnenkomt en we weten dat er maar 14 slaapplekken zijn, probeer ik meteen  de onze vast te leggen en dat lukt, waarna we een heerlijke douche nemen. De anderen van onze groep doen er aanmerkelijker langer over om boven te komen.
De zonsondergang doet iedereen naar buiten snellen.


Het eten kan omschreven worden als eenvoudig doch voedzaam. Met Lilian doe ik nog een gedeeltelijk potje Frans scrabble. De bedden zijn goed en ruim. Ondanks een luid gesnurk aan het begin van de nacht is de nachtrust redelijk.

donderdag 5 maart 2015   Omgeving van Dormillouse en terug  naar Champcella.
                                             22 km   560 m stijgen   1035 m dalen

Ons ontbijt is van een heel andere orde dan in Champcella, maar wel typisch Frans: oud brood met jam. Het is mooi weer en we willen graag naar buiten, ondanks dat het nog aardig vriest en er een flinke bries staat. We gaan met z'n allen op pad. De refuge ligt nog net in de schaduw. Boven de bergen zien we wolken stuifsneeuw die door de krachtige wind zijn weggeblazen.


Flink ingepakt gaan we omhoog door het dorp.



Een waterbak is compleet bevroren.


Na een tijdje hebben we de huizen achter de rug en zijn we volop in de ongerepte natuur.


Beneden ons ligt een brug uit de derde eeuw, die nauwelijks zichtbaar is door de vele sneeuw die er op ligt.


We trekken nog een stuk verder het dal in



en keren via een ander spoor terug. Over een graatje gaan we naar de oude brug.



We willen eigenlijk aan de overkant afdalen, maar een orkaanachtige wind doet ons omkeren naar het dorp. Veel huizen zijn opgeknapt voor vakantiedoeleinden, maar er staan ook nog genoeg vervallen panden.


Bij de refuge houden we nog een koffiestop, waar Lilian de bril van Flip stuk trapt en ik mijn koffie over Hanneke gooi. Wel wordt de overgebleven taart van het dessert van gisteravond netjes verdeeld.
Omdat het vannacht flink gevroren heeft is de zomerroute nu wel veilig. Ik zorg er wel voor onder de lawines te lopen, wat een stuk lichter en sneller is. We werpen nog een laatste blik op het dorp.


Als we een stuk lager zijn zien wij voor het eerst de waterval met rechts ervan de helling die wij gisteren beklommen.


We lopen het dal dit keer met goed weer terug.  We maken een stop in de sneeuw voor de lunch en het kost moeite hier weer te vertrekken. Ook het kerkje van les Viollins staat nu in de zon.


In Freissinières verlaten we de groep. Wij stijgen hier een paar honderd meter om daarna de z.g. middenweg in de flank van de berg te gaan lopen. Hier loop je tot het eind in de zon en steeds met uitzicht.


We komen langs klimrotsen, een via ferrata en zelfs een bankje waar het weer heerlijk toeven is. Als we afgedaald zijn tot de camping gaan we aan de andere zijde van het dal omhoog, maar nemen nu een pad lager tot we met veel uitzicht in La serre komen. Via een autoweg zonder auto' s dalen we af naar de weg die naar Champcella gaat. Dan nog een stukje omhoog en we zijn op onze bestemming.
Een mooie dag.

vrijdag 6 maart 2015   Col des Combes   12 km   750 m stijgen en dalen

Al weer een stalende dag. Jos stelt een wandeling bij Freissinières voor, maar ik vind dat we eerst de wandelingen vanuit Champcella moeten afmaken. Dit heeft wel als nadeel dat de route steeds vaker gedeeltelijk in herhaling treedt. Eigenwijs als we zijn lopen we de route tegen de beschreven richting in. Bij het welbekende kruis drinken we koffie in een heerlijk zonnetje en vervolgen ons pad naar La Serre.



Bij de camping gaat het omhoog. We blijven nu langdurig in de schaduw en vaak is het zo steil dat stijgbeugels uit moeten.


Als we bij de Col des Combes aankomen zijn we weer tijdelijk in de zon.


Vlak hierbij staat ook een fraaie steen, een mooie plek om te lunchen.


Hierna gaat het nog iets verder omhoog, waarna de afdaling kan beginnen. Na enige tijd tijd komen we in het ons bekende Seyes, maar nemen daar wel een ander pad tot bij het kruis uitkomen.

De anderen hebben vandaag gelanglaufd en zijn met de nodige blauwe plekken teruggekomen. Deze avond kunnen we een heel plezierige afspraak maken. Roland en Truus zullen morgen onze winterspullen mee naar Nederland nemen. Hierdoor kunnen wij twee dagen met aanzienlijk minder gewicht lopen.

zaterdag 7 maart 2015   Champcella - Mont Dauphin  gedeeltelijk via GR 541   

                                         22 km   645 m stijgen   955 m dalen

Omdat sommigen vroeg naar huis willen of moeten is het ontbijt vandaag vervroegd. Geen uitslapen dus. Hierna nemen we afscheid. Jos is zo goed om ons een kaart mee te geven van het gebied waar we vandaag gaan wandelen. We willen een stuk van de GR 541 naar het zuiden lopen. Deze komt evenals de GR 50 langs de Bergerie. Jos zegt: voorlopig steeds naar rechtdoor lopen. We volgen de route die op de kaart staat, maar al snel zijn er geen GR tekens meer zichtbaar. Het blijkt dat deze al direct na Champcella verlegd is en het dal induikt. Wij volgen hoofdzakelijk smalle asfaltweggetjes zonder auto's in een mooie omgeving.


In het dal aangekomen steken we de Durance over, maar niet de spoorlijn. We lopen een stukje hierlangs met aan de andere zijde wat dieren.


Als we via een tunneltje onder het spoor doorgaan zien we een stadje hoog op een rotspartij liggen. 

Het is Saint-Crépin dat we met een bezoek vereren. De 15e eeuwse kerk valt direct op.



We klimmen omhoog en voor de kerk staan bankjes die ons uitnodigen voor de lunch. Het portaal bevat grappig beeldhouwwerk.


We bekijken het plaatsje nog een beetje 


en gaan dan op weg. Dat betekent voorlopig steeds stijgen. Naarmate we verder komen neemt de bebouwing steeds verder af. De bloeiende plant die we al de hele week zien (stinkend nieskruid), staat hier ook massaal.


Het asfalt is ondertussen verdwenen


en er is steeds uitzicht.


Op de kaart zien we iets van ons pad af een cabane staan. we gaan op onderzoek uit en het blijkt een houtvestershut te zijn. Het is hier heerlijk beschut en zittend tegen het muurtje hebben we een heerlijke lunchplek.


Het kost ons moeite hier weer te vertrekken. Door het mooie weer schieten overal hagedissen weg. we zien er zelfs een waar de staart van verdwenen is en later tot een stompje aangegroeid.


Toch zijn er nog (gelukkig korte) gedeeltes waar de zon niet komt en daar is het letterlijk en figuurlijk ijzig.


We kunnen nu ons hoofddoel voor vandaag, het enorme fort Mont Dauphin goed zien liggen.


Een plant die nu ook volop te bloeien staat is de voorjaarsganzerik.


We zien zelfs diverse geelsterren bloeien. In het gehucht le Coin staan een aantal waterbakken die gemaakt zijn door rotsblokken uit te hollen.


In dit plaatsje komen we ook weer op het asfalt uit.


Deze weg stijgt verder in een imposante rotswand. Na ruim een kilometer is er een smal paadje dat met vele zig-zags steil naar beneden gaat naar het plaatsje La font d' Eygliers. Het heeft geen kerk, maar wel een kapel.


De volgende plaats Eygliers is veel groter en met een 15 e eeuwse Antoniuskerk. Opmerkelijk is dat de gothiek in deze streek veel later kwam.


Op de 16 e eeuwse toren is een zonnewijzer aangebracht.


Blijkbaar is het interieur belangrijk, want in de kerk staat een grote batterij infraroodstralers te werken. Bij de laatste restauratie heeft men ook muurschilderingen ontdekt, maar het interieur  zit helaas grotendeels in de rode straling, zodat andere kleuren verloren gaan.


Alleen een sluitstuk van een gewelf


en een kapiteel 


weet ik zonder teveel rood op de plaat te krijgen.

We begeven ons nu naar de vesting Mont-Dauphin die net buiten  Eygliers ligt.
We lopen een paadje langs het ravijn van de Guil, die na de vesting in de Durance uitmondt.


Het zachte gesteente aan de randen bevat ook aardpiramiden.



De vesting wordt aan twee zijden perfect beschermd  door de bijna loodrechte wanden naar de Guil. Aan de minder steile kanten moesten fortificaties voor de verdediging zorgen. 


De vesting is 58 ha groot en in 1692 voltooid door de beroemde vestingbouwer Vauban. Het is nu werelderfgoed. Midden in de vesting ligt de garnizoensplaats, die tot de kleinste gemeente van de Hautes-Alpes hoort. Rondom de plaats bevindt zich een diepe droge gracht.


Via een grote brug  en een poort komt men binnen.


Aan de andere zijde is men meteen in de hoofdstraat.


Markante gebouwen in de plaats zijn o.a. het Arsenaal,


waarvan nog maar een gedeelte over is, omdat de Italianen het in de tweede WO gebombardeerd hebben, de kerk die wegens geldgebrek nooit voltooid is


en de zeer imposante kazernes.


We verlaten de vesting aan de andere kant en moeten nog een heel stuk dalen om in het dal te komen. Daar zal om 21.00 uur onze nachttrein naar Parijs vertrekken. Vlak bij het station is een restaurant, maar we kunnen daar pas vanaf 19.30 eten. We vermaken ons zolang in de bar, er is zelfs wifi. Als we aan tafel gaan, wordt er eerst gevraagd of we treinreiziger of hotelgast zijn. De bediening is zeer vlot ondanks dat het restaurant helemaal vol zit en het eten is ook niet slecht. We zijn op tijd op het station en ik neem nog een foto van het verlichte fort boven ons.


We reizen eerste klas een andere benaming voor een 4-persoons couchette. We delen die met een Fransman met zijn dochtertje uit de Elzas. Het eerste deel van de reis verloop zeer onrustig. Het spoor tot Valance is zeer bochtig, zodat ontspannen liggen er niet bij is. Vanaf Valence wordt de snelheid aanzienlijk opgevoerd  en liggen we rustig door het rechte spoor. Zo dommel ik toch nog wat weg.

zondag 8 maart 2015   Parijs en dan naar huis

's Morgens omstreeks half acht gaat het echt gebeuren. deze bejaarde gaat voor het eerst in zijn leven Paris bezoeken. We starten op Gare d' Austerlitz.


Even later lopen we langs de Seine, wat  een rust hier. alleen passeert een jogger ons zo en dan. Rijk versierde bruggen



en daklozen die nog onder de brug liggen te slapen.



De Notre Dame komt in zicht en moet natuurlijk bezocht worden.


De brug waarmee we de Seine oversteken is hangt bomvol met slotjes.


In de Notre Dame worden zondags continu diensten gehouden, maar bezoekers mogen wel rondlopen. Ik ben diep onder de indruk van de roosvensters, dit venster in de noordgevel heeft een diameter van 13 m.



Een detail van een ander raam laat Ada en Eva in het paradijs zien.


Ook is er modern glas-in lood.


En natuurlijk rijk gebeeldhouwde grafstenen.


Aan de buiten zijde kan men zich ook vergapen. Vele fraai gebeeldhouwde ingangsportalen.



Maar als je goed kijkt zie ook tal van minder profane afbeeldingen.





We lopen verder de stad door richting Gare du Nord. We gaan nog langs diverse kerken, maar die zijn dicht, of er is een dienst of het interieur is niet zo interessant. We zien nog wel het Hotel de Ville en het Centre Pompidou,


Vlak bij het station passeren we Porte Sainte Denis op de plaats waar vroeger een stadpoort stond in de stadsomwalling die Karel V liet aanleggen. Lodewijk XIV gaf opdracht voor dit bouwwerk om zijn heldendaden te bejubelen, maar Parijs moest de triomfboog wel zelf betalen. Een van de taferelen stelt de inname van Maastricht voor.


Op het station nemen we koffie met een broodje en daarna brengt de Thalys ons met gezwinde spoed naar Schiphol. Door de snelle overstap op de trein naar huis vergeten we in te checken, maar dat wordt ons door de conductrice vergeven. Met een tevreden gevoel komen we thuis. We zijn er nog maar nauwelijks of Truus komt onze winterspullen brengen. Hulde voor deze service.