maandag 2 augustus 2010

10-07-23-MCH Bergwandelen rondom Zermatt

vrijdag 23 juli 2010    Ede ­- Randa

Voor mijn jaarlijkse tochtje met de NKBV heb ik dit maal Zermatt uitgekozen. Ook gaat Lilian weer eens mee.
We gaan voor de tocht nog twee dagen inlopen.
Omdat we erg laat waren met een trein boeken en we ook niet te veel wilden betalen hebben we zowel voor de heen als terug een wat omslachtige reis. Om half acht vertrekken we en ruim twaalf uur later zijn we in Randa.
Dit is een plaatsje dat bijna ingeslapen is en wat rust betreft een verademing vergeleken bij het hectische Zermatt. Ons hotel ligt direct naast het station. Aangezien we voor Nederlandse begrippen toch een aardig bedrag hadden neergeteld voor de overnachting alhier, valt het verveloze pand ons van buiten wat tegen. Het restaurant binnen heeft de uitstraling van een snackbar. Gelukkig is de kamer heel redelijk en naast onze kamerdeur hebben we internet. De menukaart in het restaurant is erg beperkt en dan is het nog zo van rösti met spek, rösti natuur, rösti met ei, Rösti met spek en ei enz. Maar voor die paar dagen moet het te doen zijn.
Veel alternatieven om elders uit eten te gaan zijn hier niet. In de regen maken we na het eten nog een
wandeling richting Täsch. Het is 8 graden Celsius.

zaterdag 24 juli 2010    Randa (1400 m)­ - Weisshornhütte (2933 m) - -­Schatzplatte (2402 m)­  -                                                   Randa   15,8 km   1600 m omhoog en omlaag

We kunnen om zeven uur ontbijten, maar als we het zaaltje binnen komen zijn er al wel veel gasten doch het ontbijt ontbreekt nog. Een dame is zenuwachtig bezig de tafels te dekken. Met een flinke vertraging kunnen we eindelijk aanvallen. Buiten is het 7 graden en het is nog behoorlijk bewolkt. Dit let ons vandaag niet flink de hoogte in te gaan. Na een paar honderd meter klimmen hebben we gezicht op Randa.


Ons hotel staat uiterst rechts op de foto net boven de trein. De rondweg op de voorgrond zal er
wel de oorzaak van zijn, dat de middenstand bijna volledig uit Randa is verdwenen.
Even later zien we een grote groep gemzen met jongen. Als ik mijn gps op een zonneoplader wil aansluiten, blijkt het aansluitsnoertje onvindbaar. Lilian had het aan het begin van de wandeling in mijn rugzak opgeborgen en ik wilde eens zien of je de gps een hele tocht zonder extra batterijen kon laten werken. Als we een pauze inlassen (omdat we geen brander bij ons hebben, is het nu geen koffiepauze) krijgen we veel belangstelling van schapen.


Hoe hoger we komen hoe kouder. We krijgen zelfs een paar sneeuwbuitjes over ons heen. Zo nu en dan zijn de bergen zichtbaar.


Het laatste stukje is steil en gaat moeizaam, maar dan staan we vlak bij de hut.


In de hut is het rustig, maar de hut is voor vannacht geheel volgeboekt. Een stel Belgen zijn hier
voor de tweede keer, maar de Wirt zegt dat het onmogelijk is de Weisshorn te beklimmen. Te veel sneeuw, wind en te lage temperatuur. Ze besluiten maar weer af te dalen. Wij eten een bord soep om weer wat op temperatuur te komen. Van de hut dalen daarna naar het ZW af. We kijken in het dal van de Schalibach en voor ons ligt de Zinalrothorn, een dikke 4000-er.


Weer wat lager doorkruisen we weer een kudde schapen, maar wel van een ander ras,met zwarte snuiten.


Schatzplatte is een alm, waarvan het gebouw vol zit met jongeren die er waarschijnlijk vakantie houden. Wij rusten even uit tegen het gebouw zonder dat zij onze aanwezigheid opmerken. Hierna blijven we een tijd op ongeveer dezelfde hoogte. Het pad loopt in de flank van een steile helling en we hebben mooi zicht op het dal en de bergen erboven. Het laatste stukje dalen we weer af via de   route die we vanmorgen begonnen. We zijn behoorlijk moe als we in het hotel aankomen. Daar begint een sms­-sessie met Fred, een plaatsgenoot uit Ede die morgen een dag met ons wil meelopen. We spreken af om 8 uur te vertrekken vanaf ons hotel. Lilian heeft haar zinnen gezet om dan naar de Domhütte (2940 m) aan de andere kant van het dal te gaan.

zondag 25 juli 2010    Randa ­ Europahütte (2220 m)­ - Nieuwe hangbrug ­- Randa
                                    1000m omhoog en omlaag

De afgelopen nacht heb ik slecht geslapen. Ik heb flinke hoofdpijn en mijn spieren protesteren nog van gisteren. Na het ontbijt komt het voor mij verlossende telefoontje. Fred kan niet om acht uur aanwezig zijn, omdat zijn ontbijt pas vanaf half acht geserveerd wordt. Dan valt de Domhütte zeker af. Een uur later besluiten we er maar een rustig dagje van te maken. We gaan wel richting Domhütte, maar zullen niet verder gaan dan de veel lager gelegen Europahütte. De klim is aangenaam door bos. Zo nu en dan horen we een angstaanjagend gerommel. Wat dat is merken we later. Het weer wordt steeds beter en plotseling is de Weisshorn aan de andere kant van het dal geheel uit de wolken.


In de Europahütte nemen we op het terras Kaffee mit Kuchen. We hebben aan de kant van Zermatt een enorme hangbrug gezien die niet op onze kaarten staat. We gaan op onderzoek uit. Eerst moeten we een stuk afdalen en dan weer hetzelfde stuk omhoog naar een rotswand.


Het pad loopt door de wand en halverwege moeten door een waterval. Hier dus
niet treuzelen.


Vanaf het pad hebben we ook weer mooie uitzichten op de omgeving.


Dan staan we net onder de hangbrug.


Enorme rotsblokken denderen naar beneden en stuiten hoog op. De hangbrug is dus
gemaakt om dit steile dal veilig te kunnen oversteken. Bovendien moest je voor de oude route veel
verder afdalen. Tot onze verbazing is de brug pas op 10 juli geopend, dus nog spiksplinternieuw. We wagen ons dan aan de 250 m lange oversteek, waarbij gewiebel onvermijdelijk is.


Hoewel we daarna al snel kunnen afdalen naar Randa, lopen we nog een stuk verder over de Europaweg. De afdaling gaat bijna moeiteloos, maar de tijd is toch vergevorderd als we weer bij het hotel zijn. We drinken nog wat met Fred in ons restaurant. Als we ons daarna verfrist hebben is het al bijna 8 uur. Hoewel het restaurant om 6 uur geopend hoort te zijn, blijkt de kokkin nog niet aanwezig. Ze arriveert gelukkig spoedig.

maandag 26 juli 2010    Randa ­ - Täsch  -  Täschhütte (2701 m)
                                        14,2 km    1150 m stijgen ­

Deze ochtend nemen we afscheid van onze hotelbaas. Hij maakt een clowneske indruk, maar is heel belangstellend. We moeten vooral zijn groeten overbrengen aan de baas van Flue (zeg maar van Marco de pianist). Omdat de groep niet zo vroeg uit Täsch vertrekt kunnen we daar rustig naar toe lopen. Dat spaart tevens weer een ritje met het peperdure treintje uit. Het, station van Täsch heeft de uitmonstering voor een wereldstad. Nu heeft Täsch wel iets meer te bieden dan Randa, maar de grootte van deze hal heeft er waarschijnlijk ook mee te maken dat hier alle passagiers van auto's vanaf hier verplicht verder moeten met de trein. Na verloop van tijd is de groep compleet. Ik heb zowaar meteen de namen van iedereen te pakken. Rob heeft zijn stokken in de trein laten liggen. Voor Lilian een mooie gelegenheid om de rest van de week van haar stokken bevrijd te zijn. Ook nu is de stijging naar boven gemoedelijk. Na verloop van tijd arriveren we in Ottovan. De hut kunnen we al in de verte zien liggen. Via een klein paadje waarlangs volop edelweiss staat,


klimmen we verder totdat we echt voor de hut staan.


Aan de oude hut is een modern bouwsel geplakt, zodat de leefruimte royaal is.
Na een dagje met elkaar optrekken, lijkt het dat de groep me wel zal bevallen.

dinsdag 27 juli 2010    Täschhütte (2701 m) ­- Europaweghütte (2175m) - ­ Ober Sattla (2686m) ­ -                                             Afslag naar Ritzengrat (2320 m)  - Afslag naar Blauherd (2820 m) -
                                      Blauherd (2580 m) - ­ Flue (2618 m)   14,2 km   1050 m stijgen   1150 m                                               dalen

Deze ochtend dalen we eerst weer af naar Ottovan, ditmaal op verzoek van een aantal deelnemers langs de steenslagweg die hut moet bevoorraden. Het weer is prachtig en het uitzicht dito.


In de Europaweghütte gaan we voor Kaffee mit Kuchen. Daarna gaat het weer flink omhoog naar Ober Sattla. Dit is een fraai uitzichtpunt o.a op de onafscheidelijke Matterhorn.


We dalen geleidelijk af met behoud van uitzicht op de omliggende bergen en Zermatt.


Ook hier staat langs het pad weer vol op Edelweiss. Als we bij de afslag naar Tufter Alp komen, gaat het mis. We nemen het verkeerde pad de Ritzengrat op naar de Unter Rothorn. Ondanks dat na een tijdje twijfel ontstaat en velen zich met kaart en kompas zich er mee bemoeien wordt in de foute richting volhard. Als we langdurig steil aan het klimmen zijn, wordt duidelijk dat het niet goed kan zijn en brengen mijn GPS coördinaten uitsluitsel. Toch ben ik wel blij met dit ongepland alternatief; het is veel mooier dan onderlangs door een skigebied.


Na 500 m klimmen kunnen we licht dalend afslaan naar Blauherd. Nu is het nog een
gemakkelijke wandeling naar Flue Alp. Onderweg verpozen we aan de Stellisee.


Aan de overkant zien het Berghaus voor onze overnachting liggen. Mariska en Leonie besluiten
hier hun vermoeide voeten wat af te koelen.


Het bouwwerk langs de oever in de vorm van een soort slakkenhuis al wel kunst moeten verbeelden. Ook is de Matterhorn vanaf het meer een mooi plaatje.


 Berghaus Flue Alp is nog een oude gezellige hut.


 We laten het eten ons hier goed smaken.



woensdag 28 juli 2010    Flue Alp (2618 m) - ­ Grüensee (2300) ­ - Gornergrat (2940 m) ­ -                                                            Winkelmatten (1670 m)    18,1 km    600 m stijgen    1600 m dalen

Voor we vertrekken deelt Lilian de groep fijntjes mee dat ik vandaag weer een jaar ouder ben geworden. We dalen eerst af over de hoge eindmorene van de Findelgletscher.


Op sommige punten lijkt het niet verantwoord vlak bij de afkalvende rand te lopen.


Beneden gekomen hebben we nog een mooie terugblik op geërodeerde kant van de morene.


Om niet over een breed pad naar onze volgende bestemming te hoeven gaan, struinen we wat omhoog naar een veel kleiner (en dus mooier) pad. Zo nu en dan is het nauwelijks zichtbaar of staat het onder water, maar het komt precies uit bij de Grüensee.


Even verder wordt er gepauzeerd bij de gelijknamige uitspanning. Lilian vindt dat er de afgelopen dagen al genoeg Kaffee mit Kuchen naar binnen is gewerkt en blijft buiten het terras; dus houd ik haar maar trouw gezelschap op mijn verjaardag. Van hier af gaat het serieus omhoog naar de Gornergrat. Ik zie nog een aardig bloemetje dat ik vastleg om later nog eens op naam te brengen.
Ik maak er later Saussurea alpina van.


De klim naar boven munt niet uit in landschappelijke schoonheid,


maar volgens de kaart moeten er wat hoger een stel meertjes liggen. Groot is onze verbijstering als we later constateren dat de meertjes droog liggen en de omgeving ontsierd is met borden en sneeuwkanonnen. Het grootste meertje is omgebouwd tot waterreservoir. Zelfs skifanaat Bert is wel enigszins verbouwereerd bij het zien van deze ecologische armoe. Als we over de rails van de Gornergratbahn stappen belanden we in een andere wereld. Honderden toeristen uit alle windstreken paraderen hier naar beneden. Ze doen dat natuurlijk niet voor niets, want ze hebben een flinke duit moeten betalen om zich met het baantje omhoog te laten slepen. Het uitzicht is hier adembenemend.



Langs het spoorbaantje dalen we af  


naar de beroemde Riffelsee.


Het waait helaas te hard om een mooi spiegelbeeld van de Matterhorn te krijgen. Langs het meer zitten gehurkte Japanse meisjes naar de talloze visjes in het meer te kijken.



Volgens de oorspronkelijke planning zouden we nu naar het beroemde Hotel Riffelberg lopen om daar te overnachten, maar in deze herberg is geen plaats voor ons en moeten we nog een flink stuk afdalen naar Zermatt. Eerst naar het plaatsje Riffelberg, dat zelfs een eigen spoorbaantje heeft vanaf het station aan de Gornergratbahn. Een gedeelte van de groep besluit per trein verder af te dalen. Het grootste deel gaat te voet. In Ober Moos zien we nog een mooie tekst staan op een vervallen huisje.


Boven een kloof lopen we verder naar Winkelmatten. Fred denkt de jeugdherberg waar we gaan
overnachten goed te vinden, maar is duidelijk even de kluts kwijt. Maar uiteindelijk staan we toch voor het gebouw. We slapen in een soort dependance op keurige kamers en eten prima in een van de eetzalen. Ik ben blij dat ik hier alle apparatuur weer kan bijladen en de opladers hier achter kan laten, want we komen hier later weer terug.

donderdag 29 juli 2010    Winkelmatten (1670 m) - ­ Zermatt (1620 m) ­ - Furi (1860 m) ­ -                                                               Gandagghütte (3028 m)   10 km    1250 m stijgen en 50 m dalen
                                            waarvan 1,8 km en 260 m stijgen met cabine.

Als we willen vertrekken regent het.


Er is besloten dat we in ieder geval het eerste stukje met de kabelbaan gaan. We hoeven alleen maar af te dalen naar het dalstation en worden daarna grotendeels in de wolken comfortabel afgevoerd naar Furi. Blijkbaar is het niet de bedoeling hier al met een wandeling te beginnen, want de hekken bij de uitgang laten ons niet door. Gelukkig kunnen we er over klimmen zonder tot de orde geroepen te worden. In dit boerengehuchtje lopen we eerst tussen de beesten omhoog.


Het weer is een mengelmoes van regen, wind en mist.


De regen en mist maken een spinneweb tot een kunstwerk.


Zo nu en dan klaart het even op en zien we de beek waarlangs we omhoog klimmen en die via allerlei badkuipen naar beneden stort.


En er is zowaar opeens een berg zichtbaar.


Maar even later sneeuwt het eventjes. Als we bij de afslag naar het kabelbaanstation Furgg zijn, besluit de meerderheid het volgende stuk met de kabelbaan te gaan. Bert, Fred, Lilian en ik gaan te voet verder in sterk wisselvallig weer, maar wel via een heel mooie route. Wel hebben we een
verklaring moeten ondertekenen dat we dit avontuur geheel op eigen verantwoordelijkheid aangaan. De anderen dalen af naar Furgg, waar ze zich vergapen aan een immense machine die het pistegebeuren verder moet opleuken.


Ze komen er echter ook achter dat ze hier niet kunnen opstappen. Daarvoor moeten ze stukje uit de richting lopen en omhoog om het station Schwarzsee te bereiken. Wij lopen gestaag verder en komen in steeds ruiger terrein, met soms nauwelijks zicht.


Als we een sneeuwveldje oversteken horen we de andere groep hoog boven ons. Zij nemen een foto
van Fred en mij


en ik neem een foto van Bert en Lilian op het sneeuwveldje.


Uiteindelijk blijkt dat we gelijk op de hut aankomen. De Gandegghütte is schitterend gelegen


met prachtig uitzicht op gletsjers.



Na wat gedronken te hebben, gaan Rob, André en ik nog even een gletsjer op..


Ondertussen zit Bert in een lichte sneeuwbui uitgebreid te bellen met het thuisfront.



Teruggekomen bewonder ik mijn sublieme slaapplek. We hebben een eigen hutje en mijn bed staat voor een grote ruit met panoramisch uitzicht.


's Avonds krijgen we voor zo'n hoog­ en afgelegen hut een uitmuntende maaltijd.

vrijdag 30 juli 2010    Gandegghütte (3028 m) ­ - Trockener Steg (2920 m) ­ - punt 2760 m ­ -
                                     afslag (2940 m) ­- Oberstafelalpbach (2180 m) ­ - Schönbielhütte (2694 m)
                                    16,9 km    800 m stijgen    1150 m dalen

Als we 's morgens ons slaaphok verlaten, komen we in een witte wereld.


Na het ontbijt nog even tandenpoetsen; de Wirtin heeft daarvoor binnen een paar flesjes water met bekertjes staan omdat het enige waterpunt van de hut niet zo handig is.


 Met weemoed neem ik afscheid van mijn slaapplek.


Voor vandaag hebben we een alternatief plan ontwikkeld. Op een foldertje van de Verkehrsverein zag ik vanaf Trockener Steg een glacier trail aangeduid. Als we die lopen kunnen ons dezelde route terug naar Furgg beparen. Het leuke is ook dat ons groepje van vier het pad naar Trockener Steg ook nog niet gelopen heeft. De glacier trail is geen pad, maar een route die met rood­witte stokken is aangegeven.


Hij loopt door puin, over gletsjers en tussen meertjes, een heel apart landschap. In dit barre landschap op zo'n 2900 m weten allerlei plantjes zich nog goed te handhaven, zoals Saxifraga aizoides


en het Mont­Cenis­klokje dat zelfs tot 3600 m voor kan komen.


Tegen half elf houden we een pauze op het met puin bedekte ijs.


Matiska blijkt zelfs een hele tros druiven van beneden te hebben meegesleept. Maar wat staat die man achter haar rug te doen?


We dalen verder langs een wand tot 2760 m. Hier komen we op een route van de Schwarzsee naar de Hörnlihütte die door heel veel dagjesmensen wordt gedaan. Het pad is dan ook duidelijk aangepast aan deze toeristenstroom.


Ondanks al deze mensen is het een mooie route.


Zeker als de wolken optrekken en de Hörnlihütte en de Matterhorn zichtbaar worden.


Na een tijdje komen we boven op de graat en hebben we zicht naar de andere zijde.


We kunnen de Schönbielhütte waar we naar toe moeten al zien liggen boven de morene aan de overkant. Hier op 2940 m groeit op de rotsen breedbladige hoornbloem.


Nu kunnen we aan de andere zijde een heel eind afdalen door een gruishelling. Volgens Bert ga ik als een sprinkhaan de berg af. Daarna wordt het graziger en minder steil. Hier hebben roetmopschapen volop voedsel.


We bereiken Stafelalp, maar gaan meteen door het dal van de Zmuttbach in.


Er ligt hier een waterbekken


dat onderdeel uitmaakt van een enorm complex tunnels, pompen en stuwmeren voor hydro­ elektriciteit. We gaan weer stijgen langs een hoge, fraaie waterval.



Boven gekomen lopen we lange tijd langs de morene.


Vroeger liep het pad boven op de morene, maar door erosie is dat nu te gevaarlijk geworden. Op het
laatst gaat het met grote zig­zags verder omhoog en hebben we een mooie terugblik over de route die we de afgelopen uren gelopen hebben.


Nog even volhouden en dan zijn we vlak bij de hut.


Op ruime afstand van de hut bevindt zich nog een ouderwetse poepdoos, met dito stank. Als de zon
wat lager gaat staan worden de schaduwen in het dal steeds langer.
Op de foto links de pluviometer en ernaast de poepdoos .


Nog weer wat later heeft alleen de top van de Matterhorn nog wat avondlicht.



zaterdag 31 juli 2010    Schönbielhütte (2694 m) ­ - Rothornhütte (3198 m)
                                       1250 m stijgen   750 m dalen

Het is stralend weer als we de hut verlaten.


De Dent D' Hérens (4174 m) ligt er prachtig bij.Via hetzelfde pad als gisteren langs de morene dalen
we af. Vlak voor de waterval op 2325m gaan we nu omhoog in plaats van naar beneden. Hier staan mooie groepen van Fleischers wilgenroosje.


Na een tijdje hebben we een mooi zicht op het waterbekken in het dal.


We stijgen geleidelijk naar Schwarzläger (2738 m) met zicht op de Untergabelhorn (3340 m)


 Ook verveelt een blik op de Matterhorn nog steeds niet.


Op het hoogste punt blijft het pad een tijd vrijwel horizontaal lopen met prachtige panorama's om daarna weer te dalen naar Trift (2337 m) Op de foto is dat net rechtsonder te zien.


Op de rots tussen de de onderkant van beide gletsjers is de Rothornhütte al zichtbaar, maar door zijn perfecte schutkleur met het blote oog nauwelijks waarneembaar, zelfs op de ingezoomde foto.


In Trift storten we ins weer eens op de Kaffee mit Kuchen.


Hierna staat ons nog een pittige klim van bijna 900 m te wachten. Het laatste stuk op of door morenehellingen.


Gentiaantjes staan hier mooi te bloeien.


Door stug vol te houden in deze steile puinbak komt de hut op korte afstand in zicht.


Het weer is schitterend, zodat we nog lang op het terras van het uitzicht kunnen genieten


en nog weer later van het alpengluehen.



zondag 1 augustus 2010    Rothornhütte (3198 m) ­ -  Zermatt(1620 m)
                                           11 km    1800 m dalen ­
                                            -Täsch (1440 m)    7,7 km    150 m dalen

Onze tocht loopt ten einde. We nemen afscheid van de laatste en tevens hoogst gelegen hut die als een adelaarsnest in de rotsen ligt.


Tot aan Trift dalen we af langs hetzelfde pad als gisteren. Voor sommigen is afdaling door het steile puin geen gemakkelijke opgave. Na het steilste stuk fotografeer ik een Adenostylus (Alpendost in het Duits).


In Trift laten we ons het gebak nogmaals smaken, terwijl de baas een demonstratie
van zijn kunnen op een alpenhoorn geeft. Daarna dalen we verder af langs de Triftbach.


Als we in Zermatt aankomen moeten we wel even wennen aan de drukte aldaar. We bezoeken nog het Bersteigerfriehof. Hier liggen vele jonge mensen die vooral op de Matterhorn verongelukt zijn.



We hebben hier ook een afscheidsluch, dat we op een rustig terras nuttigen


en waarbij Rob alle lof krijgt voor zijn leiderschap in de afgelopen periode. Een presentje zal naar zijn huisadres gestuurd worden.Dan gaan we met enkelen naar de jeugdherberg om onze chtergelaten
spullen op te halen en om enigszins te verfrissen om medepassagiers in de trein niet teveel te hoeven
ontrieven. Na afscheid van de laatste tochtgenoten, gaan we onze eigen weg. Omdat we pas om half twaalf uit Bazel vertrekken, lopen we eerst naar Täsch. Daar nemen we de trein. In Bazel dineren we in de enorme zaal van de restauratie. De bediening is daar ouderwets stijf, maar het eten is goed. We kunnen nog enkele tochtgenoten op het station uitzwaaien die met de citynightliner gaan. Wij gaan met de ICE, met bijna drie uur overstap in Keulen. We hebben van tevoren al ingecalculeerd dat er van slapen weinig terecht zal komen. Ondanks die minder geslaagde terugreis kijken we terug op een fijne vakantie, te danken aan een mooie tocht, goed weer en plezierige tochtgenoten.