maandag 27 maart 2017

17-03-25-DNNh Noord-Hollandpad Kolhorn - Obdam

zaterdag 25 maart 2017   23 km

Vrijdagavond belt Frits dat hij niet meegaat. Wij zetten door, nog niets vermoedende van de rampspoeden die ons te wachten staan. In Schagen moeten we enige tijd wachten op de buurtbus. We nestelen ons op een luw plekje in de zon op het perron. Hier genieten van een bakje koffie en een stuk overheerlijk zelfgebakken wortelnotentaart. Lilian heeft ook nog een stuk voor Frits meegenomen in de hoop dat hij toch nog komt opduiken. In het buurtbusje zijn we de enige passagiers. De vrijwillige chauffeur heeft hiervoor een rit zonder passagiers gemaakt. We rijden langs Haringhuizen, waar we bij het zien van het Crematorium herinnerd worden aan het overlijden van de vader van Robin. In Barsingerhorn zien we het prachtige Regthuys uit 1622. De plaats was zelfs een stad! De chauffeur is 30 jaar beroepsmilitair geweest en midden in een verhaal over een vredesmissie in Zuid-Soedan laten we ons iets voor Kolhorn afzetten. Voor we met de wandeling beginnen willen we eerst Kolhorn nog bekijken. Lopend langs de Keem komen we Kolhorn binnen.


We lopen eerst naar de kerk.


Deze werd in 1646 gebouwd net buiten het dorp op een terp. Het was toen nog een houten kerk op een fundering van gele Friese baksteen. In 1788 is er een grote brand in Kolhorn die ook de kerk in rook doet opgaan. De nieuwe stenen kerk is op de oude fundering gebouwd. Deze grote brand was niet de enige tegenslag voor het plaatsje. Vanaf 800 begon de zeespiegel te stijgen met als gevolg dat later tijdens een storm twee dorpen ten noorden van Kolhorn van de aardbodem verdwenen. Men wapende zich hiertegen door dijken om hun gebied te bouwen. Later werden al die dijkjes verenigd tot de 126 km lange West-Friese Omringdijk. Dit verhinderde niet dat de dijk nog vele malen doorbrak. De inwoners van Kolhorn leefden van de visvangst, die verkocht werd aan de steden. Een periode van relatieve welvaart ontstond toen zeeschepen op weg naar Amsterdam door verzanding van het Marsdiep niet meer volbeladen tussen Den Helder en Texel door konden. De Kolhorners namen een deel van de lading met kleinere schepen over en sloegen die in hun plaats op. Door de aanleg van het Noord-Hollands kanaal kwam deze nering tot stilstand. Nog erger werd het toen de Wieringermeer werd ingepolderd. Kolhorn lag niet meer aan zee, zodat ook de visvangst verdween. Het plaatsje raakte in slaap, maar heeft daardoor waarschijnlijk zijn oude structuur behouden. Van de kerk lopen we via een smal paadje, uiteraard het kerkepad, naar een ander smal pad, de Nieuwe Streek. Hieraan staat een lange rij idyllische huisjes.



Tussen het pad en de Keem bevinden zich de "overtuintjes" van de woningen.


Via een brug over de Keem komen we op de West-Friese Omringdijk waar bovenop een drukke verkeersweg ligt. We hebben nauwelijks 100 m hier op afgelegd als een bord vermeld dat onze route van 15 maart tot 1 juli i.v.m. het broedseizoen gesloten is. Ons wandelboekje vermeldt hier niets over. De aangegeven omleidingsroute gaat over de drukke autoweg. Spoedig komen we bij een brug over het vlak voor de tweede wereldoorlog gegraven kanaal Alkmaar - Kolhorn.


Omdat het kanaal hier door de dijk gaat was een sluis nodig. Langs de dijk staan wat verweerde gietijzeren paaltjes met een gekroond wapen en de letters H H N K. De letters zijn de afkorting


van Hoogheemraadschap Hollands Noorder Kwartier, Het wapen vertoont links golven die het water symboliseren en rechts de Hollandse leeuw. De kroon is afkomstig van de voorganger van dit hoogheemraadschap: het door Karel V in 1544 gestichte Hoogheemraadschap van uitwaterende sluizen in Kennermerland en West-Friesland. Dit werd opgericht naar aanleiding van het dichten van de zeegaten bij Edam en Nauerna, omdat eb en vloed steeds meer veen lieten verdwijnen. Het wapen is wat duidelijker te zien in onderstaande figuur.

Wij lopen verder langs de dijk tot we na enige kilometers tot onze opluchting een pijl naar rechts zien dat naar een mooi onverhard pad leidt tussen twee watergangen.


Het verbaast ons wel dat zich hier talloze nesten van ganzen bevinden,


Omdat de ganzenpopulatie in Nederland de pan uit rijst, voelen we ons niet direct bezwaard hier te lopen. Echter staan we op een gegeven moment voor open water en rest slechts de terugtocht. Het blijkt dat de pijl een vooraankondiging is voor een verkeersweg die verderop ligt. Deze weg is momenteel echter doodlopend, omdat de brug over het kanaal er tijdelijk niet is, Ergo: verder lopen over de druk bereden dijk tot we bij Winkel een volgende brug kunnen nemen. Ondertussen zijn we 7 km verder voor we weer op de route uitkomen. Nu kunnen we kilometers langs een grasdijk langs het kanaal lopen. Niet spectaculair, maar een verademing vergeleken bij het vorige traject.


Het is zeer zonnig, maar de wind maakt het zeer fris. Bij Nieuwe Niedorp kruipen we bij een ook weggehaalde brug onderaan de dijk voor de lunch. Een wandelstel dat uit de andere richting komt is onaangenaam verrast door het ontbreken van de brug (ze dachten nog net de bus te halen).
Na de lunch constateren we dat hier het Groot-Frieslandpad samen loopt met het Noord-Hollandpad.


Vanaf de brug gebruik ik mijn fototoestel als verrekijker om te zien of hier ook bijzondere vogels voorkomen.


Een mannetje bergeend loopt tussen de schapen.


In de walkant zien we nog een prachtige groep narcissen.


















Bij het gehucht Verlaat moeten we op een ingewikkelde manier een verkeersknooppunt passeren, maar dan zien we Verlaat liggen.


De naam geeft al aan dat hier een sluis heeft gelegen. Het was ook een verkeersknooppunt van waterwegen en van hier vertrok de trekschuit naar Alkmaar. Er was ook een herberg, zoals te zien op een aquarel uit 1820.


Deze  voormalige herberg is nu voorbeeldig gerestaureerd tot dubbel woonhuis.


Het plaatsje ligt er prachtig bij.


De vreugd duurt slecht een paar honderd meter, waarna het wandelcorvee over rechte asfaltwegen in een open landschap begint.


Na enige kilometers worden we van de weg af geleid, maar een boer komt direct op ons af. Zijn boodschap is dat we hier wel mogen lopen, maar dat het grasland net is begierd. Omdat we al genoeg asfalt hebben gezien, doen we het toch. Dan maar met de neus dicht.


Deze betrekkelijke vreugde duurt niet lang, waarna het asfalt tot onze eindbestemming lonkt. We mogen nog eenmaal via een brug over de ringsloot van de polder de Berkmeer het ene asfalt voor het andere asfalt verwisselen.


Op het station van Obdam nuttigen we samen het stuk gebak dat voor Frits was bedoeld. Een schrale troost voor een grotendeels deprimerende wandeling, ondanks alle zon.

1 opmerking:

  1. Dat wordt dan nog een keer lopen buiten het broedseizoen, en misschien dan wel met Frits.

    BeantwoordenVerwijderen