maandag 17 augustus 2015

15-08-16-C Elisabeth Weeshuis te Culemborg

zondag, 16 augustus 2015

Het regent al dagen en plannetjes worden steeds uitgesteld. Lilians humeur daalt en daarom stel ik tijdens de lunch voor het weeshuis van Culemborg te bekijken.

Culemborg werd een stad omdat Jan van Beusichem er aan de westzijde een kasteeltje liet bouwen. In 1318 kreeg Culemborg stadsrechten en werd een vrijstad. Er werden stadsmuren gebouwd en Jan II bouwde aan de noordzijde een groter kasteel. Het had twee donjons met muren van 4,40 m. Jan II liet zich heer van Culemborg noemen. Door een uitgekiende huwelijksstrategie behoorde het geslacht spoedig tot het Bourgondische Hof.
Tijdens het rampjaar 1672 vonden er zoveel vernielingen plaats, dat het kasteel daarna steeds verder is afgebroken en er nu nog enkele muurresten en fundamenten over zijn.
De laatste telg van het geslacht  van Culemborg is Elisabeth. In haar testament staat dat haar nalatenschap gebruikt mag worden voor de bouw van een weeshuis. Zo komt dit na haar overlijden in 1555 tot stand.  Door een poort aan de Herenstraat komen we op een binnenplein waar het weeshuis staat. In de gevel prijken de wapens van Elisabeth van Culemborg  en haar tweede echtgenoot Anthonis van Lalaing.


De vertaling van de Latijnse tekst is als volgt:

Der burg'ren kroost te vroeg van oud'ren zorg ontbloot.
ontvangst Elisabeth hier koest'rend op haar schoot.

Het weeshuis kon 24 knechtkens  en 24  maagdekens herbergen, die aan strenge eisen moesten voldoen. Zij moesten na scholing op volwassen leeftijd zelfstandig in de maatschappij kunnen staan. Jongens en meisjes werden aanvankelijk streng (ook visueel) van elkaar gescheiden. De  protectorenkamer ziet er fraai uit.


In de meisjesrefter staat een groot altaarstuk met een bijzondere geschiedenis. In 1557 krijgt Jan Geritsz. Deys de opdracht voor een altaarstuk voor de sacramentskapel van de St. Barbarakerk. In 1566 wordt het tijdens de beeldenstorm vernield. De katholieken geven echter opdracht het nogmaals te maken. Dat komt in 1573 gereed. Na de kinderloze dood van Elisabeth wordt de verwant Floris van Pallandt graaf van Culemborg. Hij is met Egmond en Hoorne een belangrijk persoon in de Noordelijke Nederlanden. Ook laat hij zich niet onbetuigd tijdens de beeldenstorm. In 1578 gelast hij dat de kerk overgedragen moet worden aan de protestanten, waarna het altaarstuk naar het weeshuis verhuisd, dat toen al protestants was geworden. Waarschijnlijk uit respect voor Elisabeth, want zij staat op een van de panelen van de predella afgebeeld.


Achter haar een schare weesmeisjes, allemaal in dezelfde kleding met een E op de schouder.
Een andere afbeelding van Elisabeth bevindt zich op een memorietafel waar zij afgebeeld is met haar beide echtgenoten.


Links haar eerste echtgenoot Jan van Luxemburg.

Er is veel te zien en te beluisteren over de historie van het geslacht Culemborg; Culemborg zelf dat tot de Franse tijd een zelfstandig graafschap bleef en het weeshuis dat tot 1952 bleef functioneren.

Het was hier een luxe dat de kinderen eigen bedden hadden.


In andere weeshuizen moest een bed vaak gedeeld worden. Op de achtergrond de waskommen. Die werden 's avonds al gevuld, zodat er er 's winters 's morgens wel eens een laagje ijs op lag. Omdat er geen toiletten waren, zorgden potten en stilletjes voor de nodige geuren.

Er  werd hier voor voeding, kleding en opleiding gezorgd, maar affectie was uit den boze. Een jongen die 's morgens bekend maakte dat hij jarig was, werd geslagen.

Het geheel werd gerund door een echtpaar (vader en moeder). In de Franse tijd werd er bevolen dat het weeshuis voor alle gezindten opengesteld moest worden. Er werd toen besloten dat de "vader" van protestantse en de "moeder" katholieke huize moest zijn. Het spreekt vanzelf dat dit geen ideale situatie was. Protestantse meisjes gingen Mariamedaillons dragen, want zij hoorden van de katholieke meisjes en de "moeder" dat ze anders niet in de hemel zouden komen.

Het weeshuis heeft een fraaie tuin.


Er hoorde ook een boerderij bij, want het weeshuis was in principe zelfverzorgend. Aan de achterzijde wordt de tuin begrensd door de stadsmuur (de oudste nog bestaande in Nederland). De muur hier was oorspronkelijk de muur van een kasteeltje, dat in de stadsmuur was opgenomen, wat nog te zien is aan de dichtgemetselde ramen.


Vanuit de tuin hebben we een mooi gezicht op de achtergevel.


We verlaten het weeshuis weer via de oude keuken, waar nu het weescafé is gevestigd.


Toch nog een aardig uitje in deze natte tijd (bij ons viel de laatste drie dagen 75 mm).

1 opmerking:

  1. Omgekeerde wereld. Eerst jullie volop zon en wij alleen maar regen. Nu hier al voor de vierde dag op rij een strak blauwe hemel. Wel jammer dat we nu geen vakantie meer hebben. Maar hebben Sibe's verjaardag wel lekker in de tuin kunnen vieren.

    BeantwoordenVerwijderen