Omdat we dit weekend de benen nog niet hebben gestrekt, zoeken we op de wandelzoekpagina een geschikt tochtje. Het wordt Rijssen. Als we vanuit Deventer in het boemeltje naar Rijssen zitten, regent het en we zien grote plassen en op het aankomststation is het ook nog niet droog. We lopen richting centrum, waar het geheel uitgestorven is. De oude kerk heeft een classicistische voorgevel die er bij een uitbreiding aan toegevoegd is en de driebeukige hallenkerk er achter verbergt.
Vanuit de kerk klinkt een krachtig geluid van psalmen op hele noten.
Als we buiten de plaats zijn lopen we langs de gracht van het landgoed Oosterhof. Deze havezate wordt al in de 14e eeuw genoemd en is in de 18e eeuw tot landhuis verbouwd. Via een ophaalbrug komen we in de aardige tuin.
Het huis ziet er fraai uit een heeft twee bouwhuizen.
Tegenwoordig herbergen de gebouwen o.a. twee musea. Weer wat verder komen we bij de olie- en pelmolen Ter Horst uit 1752.
De molen heeft een eigen haven aan de Regge, zodat producten per Enterse zomp aan- en afgevoerd konden worden. Wij volgen de Regge stroomopwaarts.
Aan de overzijde zien we een beekje de Regge instromen.
Steeds lopen we stukken van het Overijssels Havezatepad, het Marskramerpad en het Reggepad.
Er zijn grootse plannen de Regge een natuurlijker aanzien te geven, maar dat is een zaak van lange adem met zoveel grondeigenaren. We gaan verder langs de Elsgraven waar wel een nieuwe vistrap om een stuw heen gebouwd is.
We volgen een tijdje een houtsingel en steken de Elsgraven over. Niet lang erna komen we op een paadje dat spoedig vrijwel geheel dichtgegroeid is. Manmoedig worstelen we ons verder. Twee maal moeten we onder en over prikkeldraad. Na een modderpoel hebben we weer de ruimte.
Na nog een prikkeldraadbarrière komen op een wandelroute langs de Regge. Hier ligt ook een oude loop van de Regge die in de toekomst weer aangesloten moet worden. Wat verder lopen we over een fietspad langs de Eksosche Aa. Hier is een grote waterbuffer aangelegd om te zorgen dat het gebied niet verdroogd door waterwinning. Het natuurgebied dat ontstaan is, wordt vernoemd naar het adellijke huis Dackhorst. Wij gaan van het fietspad af om er een stukje doorheen te lopen.
Wat later komen we op het landgoed Grimberg. De havezate werd al in de 13e eeuw genoemd. We passeren een 17e eeuwse schutstal. Hier werd loslopend vee in ondergebracht. De eigenaar kon het tegen betaling weer terugkrijgen.
In 1820 werd het pand voor sloop verkocht. De rest van de wandeling kon ons weinig bekoren. Gedeeltelijk (vooral de eerste helft) een aardige wandeling. Helaas rijdt de trein op zondag maar 1 x per uur, dus moeten we even geduld hebben voor we kunnen vertrekken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten