zondag 10 mei 2015 21 km
Twaalf jaar geleden liep ik met de NKBV het traject Vierlingsbeek - Cuijk. Lilian kon daar niet bij zijn en sindsdien deed ze pogingen dat met mij te lopen. In 2008 liep ze met Mieke van Vierlingsbeek naar Boxmeer en vandaag geef ik toe en gaan we de rest lopen. Het is schitterend weer, dus zeker geen straf. Van station Boxmeer lopen we naar het centrum. Het eerste gebouw wat ons opvalt is het Karmelietessenklooster sinds 1672 in buiten Elzendael gevestigd. Het is tegenwoordig een hotel-restaurant en heeft mooie tuinen.
In het centrum is in de kerk een mis, dus lopen we die voorbij. De kerk is met een oud poortgebouw verbonden met een Karmelietenklooster.
Hier binnen is de toegang tot het klooster.
Na het centrum bereiken we bij het grotendeels gesloopte ziekenhuis de Maas.
We gaan weer spoedig van de Maas af en lopen te midden van vee en water.
Tijdens de wandeling zullen bloeiende meidoorns en fluitenkruid ons steeds vergezellen.
Tussen Oeffelt en Gennep lag voor de oorlog een belangrijke spoorlijn over de Maas. Deze werd aan beide zijden van de rivier beschermd door rivierkazematten.
Een kunstenaar heeft er "een deur naar de vrijheid" aan toegevoegd. De kazemat heeft twee verdiepingen en ruimten voor een kanon en een mitrailleur. In de laatste oorlog heeft het niet mogen helpen. Een Duitse trein met als marechaussees verklede NSB-ers deed net of ze een groot aantal Duitse soldaten krijgsgevangen had gemaakt. Die konden zo makkelijk de Maas oversteken.
Na Oeffelt komt het mooiste stuk van het Maasheggenlandschap. We lopen zonder pad, van weilandje naar weilandje. Soms met gebruik van een stegelke.
Ook worden er verloren gegane heggen weer in ere hersteld. Hierbij worden meidoornstaken bijna doorgehakt en daarna omgebogen.
Soms moeten we een weiland verlaten met een moeizame overstap.
Maar over het algemeen is het er heerlijk lopen.
Als we weer langs de Maas lopen, zien we op een baak een jong visdiefje dat schreeuwt om eten.
Als we van de Maas af gaan, volgen we een lint van fluitenkruid.
In St Agatha staat het kruisherenklooster.
Het is (of was?) het oudste nog bewoonde klooster van Nederland. In 1315 werd hier een kapel gebouwd, waarna er in 1371 een klooster werd gesticht. De kloosterkapel is uit begin 15e eeuw. Omdat in ons boekje (van 2002) staat dat het klooster niet te bezichtigen is, lopen we door. (Tegenwoordig is dit wel mogelijk, zelfs trouwen, recepties, concerten en diners.)
Als we in de bebouwde kom van Cuijk komen, moeten we even door een oninteressant stuk bebouwing tot het historische centrum. Daar staat de niet te missen neogotische Martinuskerk op de plek waar vroeger een Romeins castellum lag. De bouw begon in 1911, naar ontwerp van Caspar Franssen, net voor de oude kerk uit 1485. Na voltooiing werd die oude kerk gesloopt. Alleen de toren bleef staan, omdat die van de gemeente was. We kunnen zowaar naar binnen; een vrijwilliger is hier kerkwacht. Binnen in de kerk valt meteen het enorme houtgesneden altaarstuk op.
De Bossche beeldhouwer Hendrik van der Geld deed er 18 jaar over om dit te voltooien. Hij wilde graag dat het in de St Jan geplaatst zou worden, maar men vond het te groot. In 1913 was het op de wereldtentoonstelling te Gent te zien, waar het een prijs won. De kerk van Cuijk kocht het tenslotte. Het is een drieluik. De achterzijde is beschilderd.
Aan de andere zijde van kerk bevindt zich een bijzonder orgel. Het komt uit de Sint Laurent abdij te Luik, die door Napoleon opgeheven moest worden. De oude kerk in Cuijk heeft het toen gekocht. Dit orgel is tussen 1525 en 1650 ontstaan. Het wordt geroemd om zijn klank.
Verder mogen de beschilderingen van Jo Wilbrink niet onvermeld blijven.
Bij een afbeelding van Christophorus heeft Wilbrink een grapje uitgehaald door een konijntje met paddenstoelen toe te voegen.
Helaas harmoniëren de glas-in-loodramen niet met de schilderingen.
We verlaten de kerk en komen langs de oude toren die tegenwoordig museum is. Hier liggen o.a. overblijfselen van de Romeinse brug over de Maas. Over twintig minuten sluit het museum. We moeten kiezen: snel door de uitstallingen lopen op verschillende verdiepingen of de toren beklimmen. We kiezen voor het laatste. Via een lange gemetselde wenteltrap komen we op de luizolder. De klokkenstoel is nog aanwezig zonder klokken. Van hier gaat het verder met ladders.
Bovenin kunnen we door een luik op de omgang rond de toren spits komen.
En dan kunnen we genieten van uitzicht op de Cuijk, Maas en Mookerhei
of op de torens van de kerk.
Als we teruggaan mogen we het luik vergrendelen, zodat de beheerder niet helemaal naar boven hoeft. Als laatste bezoeken we nog de beeldentuin. Deze ligt op de voormalige protestantse begraafplaats, degelijk afgescheiden door een muur van de roomse. Er zijn nog vele zerken aanwezig; de plaats is dus wel bijzonder te noemen. Ook heb je hier een goed zicht op de kerk en de oude toren.
Tenslotte enige voorbeelden van de tentoongestelde beelden:
VRIJHEID Tineke Thielemans
CHINA WACHTERS Marijke in den Bosch
SKATING MARATHON Nelleke Allersma
JOLLY JUMPER Alie Kalverda
Het is ondertussen al vrij laat geworden. De heemtuin laten we zitten om toch nog de volgende trein te halen. In Cuijk zijn we nog getuige hoe een moeder eend haar twaalf jongen nog net voor een aanstormende auto aan de overkant weet te krijgen.
Ik heb er geen spijt van deze wandeling nog eens overgedaan te hebben.